Cato's culturele tocht: van "De domin-dominee" naar "Kom uit de bedstee..."
HENDRIK-IDO-AMBACHT - In het derde deel van de Tour d’Ambacht schrijft Kwint deze keer over het bezoek aan De(n) Brommert, de thuisbasis van het Historisch Genootschap. Cato keek in de(n) Brommert haar ogen uit. Een verhaal dus over de Ambachtse schone kunsten: werken van kunstenaars, de poppen in klederdracht én de historische, ouderwetse bedstee.
Schilderijen en sculpturen
Kwint schrijft: “Na ons cultureel uitstapje naar de oude Dorpskerk is Cato niet meer te houden! Ze had in ‘De Brug’ gelezen dat bij het Historisch Genootschap nog tot 12 augustus een expositie van de Ambachtse kunstenaars, Lidy Scholten, Lucy Plaisier, Rob van de Wetering en Sari Rolloos te bezichtigen zou zijn. Ze had over alle vier al vaak iets gehoord, maar nog nooit hun werken in het echt gezien.
We zijn derhalve maar weer eens naar de Dorpsstraat geslenterd om in Den Brommert naar de expositieruimte te gaan. Hoe het gebouw aan de naam Den Brommert komt is een heel verhaal (heeft te maken met de loeiende wind rond de huisjes daar vroeger). Dit is, net als heel veel andere leuke oude weetjes, allemaal te vinden bij het Historisch Genootschap.
Wat een geweldig mooie schilderijen en sculpturen hebben we daar gezien zeg! Al deze kunstwerken zouden zeker niet misstaan in de Kunsthal of in het Rijksmuseum. Cato heeft d’r ogen uitgekeken en, eerlijk is eerlijk, ook ik vond het kunst met een grote K! Wij werden op de kleinste details geattendeerd, die, normaal gesproken, waarschijnlijk over het hoofd zouden worden gezien! Zonde, want deze spreken juist zo veel meer tot de verbeelding!
Poppen en bedstee
De expositieruimte zelf was zeker ook de moeite waard om eens te zien. Met Ohio ben ik vaak over de Dorpsstraat gelopen toen ze er nog volop aan het verbouwen waren, maar het eindresultaat had ik nooit gezien………nu dus wel. Een gebouw waar ze met recht trots op kunnen zijn. We zijn maar niet naar boven geweest om de Spoorkamer, de Lezingzaal of het Documentatiecentrum te bekijken, omdat Cato op weg naar buiten niet bij de “oude bedstee” vandaan te slaan was. De oude bedstee is omgetoverd tot een soort van etalage met allemaal poppen in klederdracht……Oud Ambachtse klederdracht wel te verstaan. In één woord geweldig. Dat de mensen vroeger zo gekleed liepen is nu haast niet meer voor te stellen…..! OH loopt alleen maar op z’n klompen …….en dat alleen is heden ten dage al een bezienswaardigheid. Ik weet zeker dat, wanneer hij zo’n kostuum op de kop zou kunnen tikken, hij er met ons mee op pad zou gaan. Hij houdt wel van een verkleedpartijtje. Mocht hij dat ooit van plan zijn, dan hebben Cato en ik afgesproken dat we allebei net doen alsof we ziek, zwak of misselijk zijn. We willen niet voor aap lopen! “
“Kom uit de bedstee”….
Na nog even in het winkeltje te hebben rond geneusd zijn we weer huiswaarts gegaan richting Jeugdspeelpark. Onderweg hebben we het liedje van Rob Out: “Kom uit de bedstee m’n liefste” lopen hummen. Dat is dan weliswaar nog niet zo oud als de poppen in de oude bedstee, maar komt toch ook al aardig in de buurt. Cato zag het helemaal voor zich dat we met z’n tweeën in de bedstee lagen! Ik moet er niet aan denken in zo’n kleine ruimte klem tegen elkaar te moeten liggen………. Geen idee hoe die gedachte bij haar is op gekomen en wat daar zo “gezellig” en “cosy”, zoals zij het zegt, aan zou zijn. Soms kan ik haar echt niet volgen, maar dat zal wel aan mij liggen denk ik.
Gegroet,
Kwint”
