Wethouder Jan Dirk van der Borg: “Geef eerst de ander ruimte voordat je zelf ideeën aandraagt”
PAPENDRECHT - Sinds 9 juni 2022 heeft Papendrecht een nieuw college, waarvan vier wethouders nieuw zijn. Drie van de vier nieuwe wethouders waren reeds bekend in de Papendrechtse politiek, maar dé echte nieuwkomer is de 38-jarige wethouder Jan Dirk van der Borg uit Apeldoorn.
Van der Borg woont momenteel nog in Apeldoorn en is druk op zoek naar een woning in Papendrecht. Hij is getrouwd met Marieke en heeft twee kinderen, namelijk Isaäc (2,5 jaar) en Faebe (1 jaar). Hij is lid van het CDA en is als wethouder verantwoordelijk voor de portefeuilles Jeugdzorg, sport, cultuur/media, regio en samenwerking, groen/recreatie en digitalisering.
Hans Huisman van Papendrecht.net heeft een interview met hem gehouden om uitgebreid kennis met hem te maken.
1. Waarom heb je gekozen voor het CDA?
“Vanaf mijn 18e jaar ben ik lid van het CDA. En vanaf 2010 ben ik ook politiek actief geworden. Het CDA is voor mij een warm bad. Je kunt van elkaar leren en de partij staat midden in de samenleving. Verder zijn ook de bijbelse uitgangspunten belangrijk voor me. Maar in Papendrecht ben ik in de eerste plaats wethouder voor alle Papendrechters.”
2. Welke karaktereigenschappen kenmerken jou in het bijzonder?
“Ik zie mezelf als een rustig persoon, die bewust niet stevig op de voorgrond staat. Maar als dit voor de samenleving nodig is, dan doe ik dat met alle liefde en gaat het me ook vrij makkelijk af. Ik wil graag de samenleving in en zoek hierbij de verbinding naar de ander. Dit past ook echt bij m’n portefeuille waarin onder andere sport en cultuur zit.“
3. Is het altijd al een wens/droom geweest om wethouder te worden?
“Wethouder worden is niet zozeer een droom geweest, maar ik wil graag een verschil maken in de samenleving. Wel wist ik dat ik op een gegeven moment in het openbaar bestuur zou komen, want hiervoor heb ik de opleiding bestuurskunde gevolgd. Ik ben ook jaren raadslid en fractievoorzitter geweest, dus toen kon ik er al een beetje aan snuffelen.”
4. Welke binding heb je met Papendrecht cq. deze regio?
“Na mijn studietijd heb ik ongeveer drie jaar in Bleskensgraaf gewoond. En als je bijvoorbeeld ging winkelen, dan ging je al snel naar Papendrecht of Sliedrecht toe. Verder heb ik ook wel eens een competitiewedstrijd gespeeld bij tennisvereniging TOP in de Oostpolder. Ik durf wel te zeggen dat ik de mentaliteit hier in Papendrecht ken en die bevalt me zeker.”
5. Wat valt jou op aan Papendrecht, dat je heel bijzonder vindt?
“Papendrecht heeft een aantal kwaliteiten die momenteel te weinig opvallen. Het is echt een groene gemeente, verbonden aan het water. En water is voor mij een belangrijk thema. Ik ben geboren op Texel en opgegroeid in Lopik, heb bij het waterschap gewerkt, dus heb veel met water te maken gehad. In Apeldoorn heb ik dat echt wel gemist, dus ik ben blij dat Papendrecht een mooi dorp aan de rivier is. Papendrecht heeft ook een rijk verenigingsleven, zeker gezien de omvang van de gemeente. Het zegt iets over de inwoners, dat zij elkaar graag willen ontmoeten.”
6. Welke uitdagingen gaan waarschijnlijk erg pittig worden?
“De kwaliteit van de jeugdzorg wordt echt een grote uitdaging. Want er komt minder geld binnen, terwijl het aantal taken juist toeneemt. Er moeten keuzes gemaakt worden en dat zijn lang niet altijd makkelijke keuzes. Soms zul je nee moeten verkopen. Maar uiteindelijk moeten de kinderen die de hulp écht keihard nodig hebben, geholpen worden.
Op het gebied van digitalisering zijn er kansen en bedreigingen. Het gaat niet alleen over dienstverlening en hardware. Belangrijk is ook hoe we omgaan met data. Hoe je bijvoorbeeld op basis van data slim kunt omgaan met verkeerslichten, de bezetting van parkeergarages, enzovoort. Hoe je data kunt koppelen; daar kunnen we echt grote stappen gaan zetten.
Belangrijk vind ik ook de regio. Want je kunt het als gemeente vaak niet alleen, je bent als gemeente kwetsbaar, je moet partners zoeken. Dus samenwerken met buurgemeenten, bedrijven en organisaties. We gaan meer lobbyen, ook in Den Haag en Brussel.”
7. Welke lessen die je in Apeldoorn hebt geleerd, neem je in het bijzonder mee?
“De belangrijkste les die ik heb geleerd, is dat je in de politiek nooit iets alleen kunt doen. Geef eerst de ander ruimte voordat je zelf ideeën aandraagt. Ik ben echt niet binnen gekomen zo van ‘ik wil dit of dat’, maar wil eerst luisteren naar de ander. Je moet jezelf niet te belangrijk maken als wethouder. Samen maken we Papendrecht!”
